Bart Michiels: “Wennen aan die GM achter mijn naam”
Nog een dikke week en het schaakseizoen maakt plaats voor de zomertoernooien. We blikken met Bart Michiels terug op zijn eerste maanden als grootmeester én zijn voorbereiding op de komende olympiade…
Bart Michiels is grootmeester. Het lijkt alsof de Wetteraar het al jaren is, maar in feite kon hij de titel pas enkele maanden geleden claimen, weliswaar met groot overwicht, want alsof 3 normen nog niet genoeg waren, gooide hij er nog een vierde (overbodige) tegenaan. Dat deed Michiels in de Nederlandse Interclubs, waar hij uitkomt voor SO Rotterdam en door de jaren heen de nodige ervaring opdeed.
De laatste twee jaar speelde ik niet meer in de Bundesliga of de Franse competitie, dus besloot ik om dit jaar alle 9 partijen in Nederland te spelen, om een kans te maken op een GM-norm. Op dat moment moest ik nog een derde norm behalen, wat ik in het begin van het seizoen deed op het EK in Warschau. Ik kan terugblikken op een zeer geslaagd seizoen. In België speelde ik middelmatig, met een licht eloverlies als resultaat, maar dat werd ruimschoots gecompenseerd door mijn prestatie in Nederland. Daar scoorde ik 7.5 op 9, waardoor ik niet alleen topscorer over alle ploegen werd, maar ook een vierde GM-norm behaalde! Dat is voor mij een zeer aangename bevestiging van mijn recent toegewezen grootmeestertitel. Grappig detail: eigenlijk was mijn bijdrage van 7.5/9 aan de ploeg eerder bescheiden. Indien ik al mijn winstpartijen niet gewonnen maar remise had gespeeld, dan had de ploeg hetzelfde aantal matchpunten en dezelfde plaats in het eindklassement!
Onze landgenoot speelde er enkele opmerkelijke partijen. Hij remiseerde tegen Nikolic, won van GM Hausrath en Werle, maar toch herinnert hij zich vooral een andere partij.
Een partij die me altijd zal bijblijven is die tegen Jochem Snuverink, gespeeld kort nadat ik mijn 3de GM-norm in Warschau had gescoord. Het was zo een van die partijen waarvan mijn kijk compleet veranderde nadat ik de partij thuis had geanalyseerd met de computer. Net zoals de rapidpartij tegen Stéphane Hautot in Prüm, waarover straks meer.
Jochem Snuverink (2357) – Bart Michiels (2530), Nederlandse competitie 2013-2014, ronde 3
1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 e6 5.Pc3 Dc7 6.g4?!
Aangezien in Nederland de partij op zaterdag wordt gespeeld, neem ik vrijdag vrijaf om uitgerust en goed voorbereid aan de partij te kunnen beginnen. Tijdens mijn voorbereiding had ik gezien dat mijn tegenstander al eerder voor deze dubieuze voortzetting had gekozen. Zelf had ik deze zet nog nooit gezien, dus had ik samen met de computerengine wat analyses gemaakt. Ik was dan ook zeer tevreden om 6.g4 op bord te krijgen. 6….a6 7.Lg2 Pge7 8.0-0 Pg6?! In de twee voorgaande partijen van mijn tegenstander, speelde zwart telkens 9….Pxd4, maar tijdens mijn voorbereiding zag ik niet wat er fout is met onmiddellijk 9….Pg6. Na 10.Te1 Ld6 stond zwart beter in Van der Weide-Rooze(!). 9.Pf5!
Dat is dus de reden! En natuurlijk had ik deze zet niet op voorhand bekeken omdat de computer zulke zetten niet altijd goed naar waarde kan schatten en ik er domweg niet aan gedacht had… Daar zat ik dus, achter het bord met voor mij een gevaarlijke stelling en een tegenstander die vermoedelijk de stelling goed kende. Gelukkig bleek achteraf dat mijn tegenstander na 9.Pf5 ook op zichzelf was aangewezen.
9….Pf4 10.Pd5 Het logische en principiële vervolg.
10….exd5 11.exd5? Wit maakt de foute keuze (wat ik tijdens de partij trouwens niet doorhad), waarna de partij kantelt. Beter is 11.Lxf4! Dxf4 12.exd5. Na 12….Pe5 13.Te1 heeft zwart coördinatieproblemen en kan best kiezen voor een eindspel met een pion minder: 13….Lc5 14.Df3 Dxf3 15.Txe5+ Kd8 16.Lxf3. De computer vindt een ongelooflijke verdediging, die blijkbaar ongeveer gelijkspel geeft: 12….Kd8!! 13.dxc6 bxc6. Zo’n zet zou ik natuurlijk nooit gevonden hebben.
11…Pxg2 12.d6? Beter is 12.dxc6, waarna zwart een beter eindspel krijgt: 12….Dxc6 13.Pd4 De4 14.f3 Pe3. 12….Da5 13.Kxg2 Pd8!
Wit kan niet vermijden dat zwart zich ontwikkelt met b6 en Lb7, waarna zwart een stuk voor staat, zonder dat wit enig concreet tegenspel kan creëren. Het omzetten naar winst deed ik zonder problemen, of toch bijna… 14.c4 b6 15.Dd3 Lb7+ 16.f3 Pe6 17.Ld2 Da4 18.Tfe1 g6 19.Pe7 Lxe7 20.dxe7 Dc6 21.Te5 Kxe7 22.Tae1 f6 23.Td5 Tad8 24.g5 Dc7?! Beter is onmiddellijk 24….Kf7. 25.Td6?! Met 25.Dd4! Thf8 25.Lc3 had wit zwart het nog lastig kunnen maken. 25….Kf7 26.gxf6 The8 27.Kf1 Pc5 28.Dd4 Txe1+ 29.Lxe1 Pe6 30.Dh4 h5 31.Lg3 Dc5 32.Td3 Df5 33.Te3 Lxf3 34.Le5 d5 35.Ke1 0-1
Succes in Prüm
Na het succesvolle einde van het schaakseizoen, richt Michiels zijn pijlen op de Olympiade, later dit jaar. Het wordt de eerste keer dat hij als grootmeester aan zulk groot toernooi kan deelnemen.
Mijn volgende tornooi is de olympiade en ik zocht een rapidtornooi om mijn speelritme te behouden. Het tornooi van Wirtzfeld binnen enkele weken zou ideaal zijn, maar dat weekend kan ik niet. Valery Maes bood een alternatief aan: het rapidtornooi van Prüm, waar de tegenstand vooral zou komen van GM Orlov, IM Zaitsev, IM Haub en IM Hautot.
Na 6 ronden werd duidelijk dat het een wedren zou worden tussen Orlov en ik. Onderling hadden we remise gespeeld, hij had Zaitsev verslagen en ik had gewonnen tegen Haub. In de 8ste ronde werd het verschil gemaakt: Orlov speelde remise tegen Haub, terwijl ik kon winnen van Zaitsev. In de laatste ronde moest ik het met zwart opnemen tegen Hautot, waartegen Orlov een paar ronden eerder een eindspel met een toren achter in de tijdnoodchaos had gewonnen…
Stéphane Hautot (2374) – Bart Michiels (2535), Prüm (rapid) 2014, ronde 9
19….Pb4
Hier dacht ik, en mijn tegenstander trouwens ook, dat ik helemaal gewonnen stond. Echter, in werkelijkheid blijkt de witte aanval sterker te zijn dan het zwarte initiatief. Na lang zoeken vond ik iets wat mij overtuigend leek. 20.a3 Txc2 21.Td2 Db3 22.Txc2 d3
Tijdens en na de partij was ik enorm fier op mijn idee. Maar er is een weerlegging. 23.Pxd3?
Zoals de computer aangeeft kon wit hier counteren met 23.h7+!. Na het logische 23….Kh8 gaat zwart mat na 24.Pxf7+ Txf7 25.Tc8+ Kxh7 26.Dh5#. En na 23….Kxh7 werkt de hele pointe niet meer: 24.Pxd3 Da2+ 25.Kc1 Pxd3+ 26.Dxd3+ schaak!
23….Da2+ 24.Kc1 Pxd3+ 25.Dxd3 Da1+ 26.Kd2 Dxh1 27.hxg7 Normaal gezien zit er niet meer dan eeuwig schaak in omdat de pion op g7 taboe is en zwart zijn toren niet in het spel kan brengen. Gelukkig laat mijn tegenstander toe om mijn toren met tempowinst in het spel te brengen.
27….Dxh2+ 28.Ke1 Dg1+ 29.Ke2 Dg2+ 30.Ke1 Dg1+ 31.Ke2 Dg4+ 32.Ke1 Dh4+ 33.Kf1 Td8 34.Df3 Td4 35.Tc8+ Kxg7 36.Dc3 Dxf4+ 37.Kg2 Dd2+ 38.Kf3 Dxc3+ 39.Txc3 0-1
Voor Michiels de ideale opwarming op de komende schaakzomer, waarin de Olympiade zijn hoogtepunt moet vormen. Hij speelt daar samen met onder andere Tanguy Ringoir, zijn gedoodverfde opvolger als GM, die het afgelopen weekend knap speelde op het WK Blitz, maar daarover meer later deze week.
Bepaalde schakers vonden het stuk voorbereiding dat ik recent beschreef op mijn blog indrukwekkend, zie : http://schaken-brabo.blogspot.be/2014/06/the-modern-french-deel-2.html maar Bart kan er ook wel wat van. Een dagje verlof nemen om voor te bereiden, heb ik voor zover ik mij herinner nog nooit gedaan. Het is uiteraard een kwestie van prioriteiten stellen maar voor mijzelf vind ik het logisch dat ik de 20 dagen jaarlijkse vakantie volledig doorbreng met mijn jonge kinderen.
In elk geval opnieuw een leuk artikeltje van Bart dus er mag zeker meer van dat komen. Dat dit artikeltje meer blogmateriaal is dan verslaggeving is uiteraard bijzaak gezien de kwaliteit.
P.s. Nog 1 tip. Probeer ook bij de publicatie een pgn of bordje mee te geven zodat de lezer makkelijker de partij en analyses kan volgen. Valery kan zeker helpen want hij gebruikt al iets voor zijn site. Op mijn blog kan je 2 alternatieven vinden.
brabo
de manier hoe jij je voorbereidt is absoluut uniek in de lage landen en bij uitbreiding zal zelfs menig prof, die echt van het schaken kan leven, de wenkbrauwen fronsen bij zoveel toewijding en inzet.
Voorbereiden op een schaakpartij kan op heel veel manieren en kent heel veel interpretaties. Congé? Zou Bart echt 8u intensief openingen en varianten bestudeerd hebben ? ik betwijfel het
Alles binnen zijn context Brabo, dat dagje verlof nemen was wel voor een GM-norm.
Wat naspeelbaarheid en pgn betreft zijn er nu vele mooie mogelijkheden en het is eigenlijk een must
maar zelfs grote organisaties gebruiken het niet.
Wat ben je met een GM-norm als je al voldoet aan alle voorwaarden om GM te worden?
Schaaksite, Chessbase, Chessvibes,… voorzien allemaal van naspeelbaarheid en pgn. Moeilijk is het evenmin want zelfs ik kan het.
Een vraagje. Hoe kan je in Nederland voorbereiden op een tegenstander? Ik dacht dat er een vrije bordvolgorde was dus dan kan in theorie iedereen je tegenstander zijn of speelden de tegenstanders veelal in een vaste volgorde wat natuurlijk niet echt tactisch slim is.
Zjef we zullen het eens aan Bart moeten vragen maar als je mijn volgend artikeltje hebt gelezen: http://schaken-brabo.blogspot.be/2014/06/de-expert.html dan zal je wel realiseren dat er nog spelers zijn die geen prof zijn maar toch heel wat tijd in de voorbereiding steken.
Veel tijd steken in de opening als voorbereiding doet heel wat spelers de wenkbrauwen fronsen. Echter congé nemen, extra uurtje slapen (zo ken ik er wel een paar die dit doen voor hun officiële partijen), rapidtornooien spelen, tactische oefeningen maken, eindspelen bestuderen, geen alcohol drinken zelfs de avond voordien vind ik ook wel een toonbeeld van grote toewijding en inzet als voorbereiding.
Resultaten komen niet vanzelf dus er is echt wel meer nodig dan talent.
U vraagt, wij draaien. Onderaan het artikel de partijen naspeelbaar. Het is wel nog niet optimaal layoutgewijs enzo, maar het is alvast een begin. Dat komt wel goed tegen de volgende keer.
Brabo: Het is nog maar pas sinds hij werkt dat hij elke vrijdag verlof neemt voor elke partij in Nederland (en niet enkel voor die ene partij). In de eerste plaats om de volgende dag uitgerust te kunnen spelen.
Natuurlijk wist hij niet dat een norm in de Nederlandse competitie strikt genomen overbodig zou zijn maar voor hem en zijn fans betekent zo’n 4de norm heel veel, begrijp je dat gevoel echt niet?
“Hoe kan je in Nederland voorbereiden op een tegenstander?” Tiens door met meerdere spelers rekening te houden
zoals jij doet in eerste nationaal.
Brabo
er is een verschil tussen veel voorbereiden en jouw voorbereiding. Ik denk niet dat er veel +2300’s zijn die zich voor de IC op een man of 6 voorbereiden. Jij geeft oa aan dat je je ook tegen veel lager gequoteerden prepareert, ik denk dat maar heel weinig mensen dit doen
Valery, Bart zegt: Een partij die me altijd zal bijblijven is die tegen Jochem Snuverink, gespeeld kort nadat ik mijn 3de GM-norm in Warschau had gescoord. Dus het is niet correct dat hij strikt genomen niet wist dat de norm overbodig is.
Kijk ik heb helemaal geen problemen dat mensen verlof nemen om voor te bereiden maar begin niet met een 4de norm en fans. Je neemt verlof omdat je winnen belangrijk vindt.
Uiteraard zal Bart wellicht op meerdere tegenstanders voorbereiden. Hiermee beantwoord je zjefs vraag of Bart veel of weinig tijd heeft gestoken heeft in de voorbereiding. Een uurtje per speler (wat nog vrij oppervlakkig is) en 6 spelers (wat nog vrij beperkt is) en je spendeert al 6 uren.
Zjef: Spijtig is het onderwerp voorbereiden grotendeels een taboe dus spelers zijn meestal heel karig over wat men al dan niet bekeken heeft. Het valt mij wel geregeld op hoeveel kennis mijn tegenstanders hebben over een opening in een post-mortem zogezegd zonder zich voorbereid te hebben. Op school vertelde men mij ook altijd hoe weinig ze gestudeerd hadden om dan steeds met erg goede punten voor de dag te komen.
Ik wil ook nog een kleine kanttekening maken op mijn voorbereiding. Ik speelde dit jaar 11 partijen voor (fide-)rating dus als je er maar 11 speelt dan kan je wel eens iets extra doen. Ook is er voor mij een heel groot verschil in voorbereiding tussen een GM als tegenstander of speler die lager gekwoteerd staat.
Brabo: in jouw opwinding let je niet meer op “Op dat moment moest ik nog een derde norm behalen” schrijft Bart hierboven. Zjef slaat ook de nagel op de kop, het is naïef om te denken dat Bart de vrije vrijdag nog zal zwaar voorbereiden en hij heeft het ook niet zo nodig als jij. Ik begrijp ook dat je uitsluitend openingsvoorbereiding doet maar dan zeer obsessief. Kan je niet aanvaarden dat veel sterke schakers met losse teugels mooie overwinningen kunnen boeken en voorbereiding lichter opnemen. Je was lang vrijgezel en dan zo goed als semi-schaakprof maar ondanks je schaarse tijd als familievader hou je toch knap je elo op peil en dat moet toch ook veel voldoening geven.
En sorry maar zo’n vierde GM-norm vlak na het behalen van de titel geeft een enorme voldoening.
brabo
Mensen spelen bepaalde varianten misschien al 20j, het zou erg zijn moesten die het nog altijd niet snappen, de plannen nog niet kennen en niet in staat zijn logische zetten te produceren.
Valery: Bart moest nog een 3de norm halen aan het begin van het Nederlands interclubseizoen. Tegen de 3de ronde was dat al overbodig vandaar mijn statement dat een dagje verlof niet meer in teken stond van een norm.
Betreffende mooie overwinningen boeken met losse teugels herinner ik mij een mooie anekdote. In 2011 wonnen Tom en Thibaut het tornooi samen in Condom. Wellicht herinneren sommigen nog de titel op schaakfabriek: http://schaakfabriek.be/2011/07/19/they-drink-10-000-beers-and-they-win-the-tournament/
Er werd toen flink gelachen met Steven omdat hij de enige was die serieus zich voorbereidde maar hij is wel de enige van de groep die vandaag de IM-titel heeft.
Ik heb tot eind 2003 mij volledig gefocused op correspondentieschaak en in 2006 was ik al getrouwd dus dat van zo goed als semi-prof blijft niet veel meer van over (niet dat ik iets tegen zulke spelers heb).
Voor tornooien zoals straks in Gent doe ik niets op voorhand aan openingsvoorbereiding (wel tijdens het tornooi op specifieke tegenstanders voor zover er tijd is). Ik speel nu het bekertornooi mee in Deurne wat een soort rapidtornooi is als voorbereiding en straks begin ik aan enkele sessies van tactische oefeningen op te lossen.
Zjef: Ik ken nog een mooie anekdote over een Belgische FM. Na de partij vroeg iemand aan zijn Nederlandse tegenstander wat hij had gedaan. Gewonnen, antwoordde hij. Was het moeilijk vroeg dezelfde persoon. Nee want hij speelde zoals altijd dezelfde slechte opening. 🙂
Een repertoire opbouwen is iets van lange adem en nooit af. http://schaken-brabo.blogspot.be/2014/05/een-repertoire-opbouwen.html